Eerstvolgende workshop: 28 maart – Meer energie & flow dankzij jouw talenten

Jo De Bruyne is barista en trotse zaakvoerder van koffiebar Philimonius in Aalst. Als je de zaak binnenstapt wordt het je al snel duidelijk dat dit veel meer is dan „enkel” een koffiebar. Niet in het minst omdat het ook letterlijk meer is, nl. je kan er ook allerlei hippe spulletjes kopen en regelmatig workshops volgen, maar ook omdat Jo niet zomaar in een vakje te stoppen is en op zijn minst een creatieve geest kan genoemd worden.

Jo, volgens mij heb jij al een boeiend parcours achter de rug, gun je ons even een tipje van de sluier?

Ik genoot een artistieke opleiding, studeerde piano en klassieke zang. Ik ben ook al heel snel beginnen lesgeven, in verschillende academies en de Kunsthumaniora Brussel. Lesgeven is iets wat ik als puber al wou doen!

Verder trok het culinaire mij ook heel erg aan. Via een kameraad ben ik beginnen kooklessen te geven voor Velt. Ik ben hier in „gerold” zonder het allemaal echt door te hebben eigenlijk. Het begon met een les 1x in de maand, nadien werd het meer, en … meer. Soms zat er wel tot 70 man in de les!

In 2011 startte ik met een webshop. Vanuit de constatering dat ik geen „leuke kaartjes” vond. Ik ben dan zelf kaartjes gaan uitgeven, onder de naam Philimonius. Ontwerpen liet ik aan anderen over. Geleidelijk aan breidde het gamma zich uit, met als rode draad de liefde voor papier en duurzaamheid. Eerlijk gezegd, spookte toen al het idee van een koffiebar door mijn hoofd, ook al had ik totaal geen geschiedenis met koffie.

Maar de webshop dus. Ik deed ook beurzen, en verkocht best wel goed. Maar op de duur had ik het wel gehad met het heen-en-weer gesleur. Intussen werkte ik meer dan fulltime in het onderwijs. Ik sukkelde in een burn-out en moest noodgedwongen een jaar ziekteverlof nemen. Na een half jaar broebelde het idee van een koffiebar en begon ik met de uitwerking ervan. Eigenlijk moet ik zeggen: mobiele koffiebar, want dat was het oorspronkelijke idee. Alleen hield er mij iets tegen. Misschien wel de weer-en-wind-toestanden en het in-en uitladengedoe. Maar ik wou ook de webshop niet zomaar opgeven. Hoe kon ik dat gaan combineren? Mijn oog viel op een pand in Aalst dat mij enorm aansprak. In oktober 2013 ging de zaak open.

Hoe zet je kennis en ervaring uit jouw andere werkervaringen om in je huidige professionele context?

 Wel eigenlijk geef ik nu ook nog dagdagelijks uitleg, aan mijn klanten dan. Met mijn barista-opleiding komt het stukje lesgeven ook weer helemaal aan bod. Dat ik hier én de kennis als barista én mijn pedagogische ervaring kan combineren is een enorm pluspunt. De meeste barista’s hebben dat niet, en dat maakt mijn opleiding sterk.

Daarnaast heb je natuurlijk ook het sociale aspect in een koffiebar: de verhalen die mensen jou vertellen, koffie letterlijk als een bakje troost, … Die relatie met de klant is heel belangrijk voor mij. Ik ben vroeger ook nog leerlingenbegeleider geweest, een rol die me blijkbaar wel ligt.

Wat is jouw rode draad?

Eigenlijk zit het ondernemen er al in van jongs af aan. Ik was op school ook al diegene die vanalles organiseerde en het initiatief nam. De fun zit bij mij duidelijk in het opstarten en bedenken van dingen. Daarna kan ik het makkelijk loslaten.

Persoonlijk zie ik ook het „entertainen” en het samenbrengen van mensen. Herken je dit?

 Absoluut. In de zaak ben ik inderdaad vaak mensen aan het connecteren met elkaar. Mijn coach legde me ooit de volgende vraag voor als oefening: „Wat zit er allemaal in een koffie bij jou?”. Daarop doordenken deed me beseffen dat het inderdaad veel meer is dan een kwaliteitsvolle, mooi versierde koffie serveren. Het is ook het gevoel dat je aan de klant geeft, de babbel die erbij hoort, enz. Allemaal dingen die voor mij zo evident leken, maar het blijkbaar niet per sé zijn. De conclusie was: ik héb geen concept, maar ik bén het concept! Dat was even stevig landen!

Authenticiteit is heel belangrijk, net zoals kwaliteit en gezelligheid, mijn twee kernwaarden. Soms zie je klanten ook openbloeien, zoals één vaste klant van mij, die bij zijn eerste bezoeken hooguit een knikje gaf bij het binnenkomen, en steevast de zaak verliet op een moment dat ik even niet keek. Zelf bleef ik altijd heel nadrukkelijk goeiedag zeggen en voerde af en toe een babbel met hem. Zes maanden later kwam hij binnen en riep me toe: „Dag, meneer Philemon!”, en zegt hij “dag” voor hij weer vertrekt. Onbeschrijflijk mooi, zo’n transformaties!

Mijn rode draad is misschien wel mijn lange tafel. Vroeger, toen ik in Frankrijk woonde, droomde ik ervan een thuis te creëren voor kinderen die het moeilijk hebben, en zag ik ze zitten aan de lange tafel die toen in de woonkamer stond. Nu heb ik een andere lange tafel, in de zaak, maar ze is al even belangrijk. Ook toen ik er sceptische reacties op kreeg, genre „Hier, in Aalst? Gaat dat wel werken?” ben ik trouw gebleven aan mijn lange tafel 😉

Hoe antwoord jij op de vraag: „En, wat doe jij?”

Op dit moment zal ik antwoorden met „ik heb een koffiebar.” Of als me gevraagd wordt wat een barista is, dan leg ik uit dat het gaat over het delen van de passie van koffie. Het is geen makkelijke vraag weliswaar.

Als ik terugkijk op ons gesprek tot nu toe, dan lijkt dit toch niet echt de lading te dekken?

(Even stilte) Klopt. In een onbewaakt moment in een gesprek is mij al eens ontglipt: ”maar IK heb ook wel een master hoor!”. Mijn diploma’s zijn eerder artistiek getint en soms voelt het aan alsof dit –barista zijn- minderwaardig zou zijn aan andere diploma’s.  Weet je, als dirigent keken mensen toch wel anders naar mij dan nu als barista. Soms mis ik die positie wel.

Ideaal zou zijn als ik terug „dirigent” zou kunnen zijn, maar vertrekkend vanuit mijn huidige situatie. Zoals bv. een consultant worden voor koffiebars en andere horecazaken of creatieve ondernemers!

Hoe vind jij een goede balans tussen het runnen van een rendabele business en toch genoeg afwisseling behouden?

Op dit moment heb ik niet het gevoel dat er genoeg afwisseling in zit voor mij. Let op, mijn verhaal met de koffie is nog niet gedaan, dat merk ik aan de vele ideeën die nog binnenstromen. Alleen doe ik bijna alles alleen: bedenken van ideeën, ze uitwerken, maar evengoed de was en de strijk. Op een bepaald moment bots je op je grenzen, kan je het zelfs fysiek niet meer trekken. Het is dan ook geen toeval dat ik op dit moment bezig ben met vragen zoals: „(hoe) doe ik hiermee verder?” en „hoe kan ik meer ondernemer zijn in mijn zaak i.p.v. uitvoerder?”. Ik heb nog zoveel ideeën die ik nu niet kan uitwerken wegens een gebrek aan tijd. Ik zie de koffiebar als een centrum waar dingen ontstaan, waar het leuk vertoeven is. Maar ik zie ook een enorm potentieel in de wijk waar Philimonius gevestigd is, het kriebelt om er het communitygevoel nog te versterken. En dat zal me alleen maar lukken als ik er in slaag om meer los te komen van mijn zaak, een oefening waar ik nu volop mee bezig ben.