In een bore-out sukkelen nadat je al een burn-out doorgemaakt hebt, dat wil natuurlijk niemand. Maar zo’n burn-out blijft nog lang nazinderen. Je doet er dan ook alles aan om het nooit meer te hoeven meemaken. Een gezonde beschermingsmechanisme toch? Of kan je daar ook te ver in gaan?

Wat ik merk in mijn praktijk voor creatieve generalisten en multipotentials, is de neiging om van het ene uiterste naar het andere te gaan. Zowel in loopbaancoaching als ondernemerscoaching worden interesses, talenten, drijfveren verkend. Soms komen zelfs oude passies of interesses terug naar de oppervlakte. Het enthousiasme dat onder een berg angst en/of bezorgdheid bedolven zat, is plots weer zichtbaar. En daar schrikken veel mensen van. Hun enthousiaste, gedreven zelf is nl. dezelfde persoon die nietsvermoedend in de burn-out valkuil is gewandeld. Die 1001 projectjes tegelijkertijd lopen had. Die nooit genoeg kon krijgen van nieuwe dingen bijleren. Reden genoeg dus om alle alarmbellen te laten afgaan! Het resultaat? Je gaat je talenten schuwen. ‘Je rustig houden’ evolueert dan niet zelden in (chronische) verveling, of bore-out.

Maar wat kan je dan wél doen?

Verken en erken jouw bezorgdheid

Merk je dat je op de rem gaat staan? Kijk dan naar wat er precies aan de hand is. Ben je inderdaad bang of bezorgd dat het de verkeerde richting zou uitgaan en dat het terug richting burn-out zou gaan? Prima, dit is op zich een gezonde beschermingsreflex. Maar laat het jou niet verlammen.

Hoe kan je stappen zetten in wat je enthousiasmeert, nieuwsgierig maakt én tegelijkertijd bewaken dat je ook voldoende rust- en herstelmomenten inbouwt? Dat is een veel constructievere vraag.

Herstellen van een burn-out doe je op jouw manier!

Wellicht heb je tijdens jouw burn-out bergen goedbedoeld advies gekregen. Je ‘moet’ rusten, je ‘moet’ gaan wandelen, dergelijke standaardadviezen. Het probleem met zulke adviezen is dat ze inderdaad standaard zijn. Niet perse op jouw maat dus. Rusten en recupereren doet niet iedereen door in de zetel te liggen. Gaan wandelen is niet voor iedereen de meest prettige vorm van ‘aan beweging doen’.

Ga eens na waar jij van recupereert. Laad jij jezelf op door een boek te lezen, of naar een lezing te gaan luisteren? Of is met jouw handen bezig zijn, bv. in de tuin, een activiteit waarbij je de tijd uit het oog verliest? Of misschien leer je als multipotential graag een nieuwe skill via You tube video’s? Zet dan vooral op die dingen in. Meer mogen, minder moeten dus!

Geen burn-out, maar ook geen bore-out: de juiste dosis prikkels

Frouke Vermeulen, auteur van ‘Vechten tegen verveling‘ spreekt over een onderscheid tussen prikkelintensiteit en prikkelkwaliteit. Het eerste heeft te maken met de hoeveelheid prikkels die je op een dag ervaart. Zijn het er te weinig? Dan treedt verveling op. Zijn het er teveel? Dan kan je overprikkeld geraken en is herstel nodig. Het tweede heeft te maken met de inhoud van de activiteiten die je onderneemt. Sluit dit aan bij jouw talenten, bij de dingen waarvan je energie krijgt? Dan kan je spreken van een hoge prikkelkwaliteit. Het spreekt voor zich dat dit voor elke creatieve generalist of multipotential anders is.

Waar het bij de prikkelintensiteit aankomt op ‘niet te veel, niet te weinig’, geldt bij prikkelkwaliteit de ‘hier kan je niet in overdrijven’ regel. Waar mensen meestal bang van zijn, is dat de prikkelintensiteit weer te grote proporties aanneemt. Hierbij zien ze de prikkelkwaliteit soms verkeerdelijk ook als boosdoener, denk aan uitspraken genre ‘Ik wil niet meer met mensen werken, want dan ga ik daar te ver in’. Het is van vitaal belang dat je de activiteiten die je enthousiasmeren juist niet uit de weg gaat. Het zijn net deze activiteiten die jouw batterijen opladen. Zie het als een energiereserve die je extra veerkracht geeft op de momenten dat je teveel prikkels te verduren krijgt.

Inzetten van jouw talenten beschermt je tegen burn-out én bore-out

Om met de vorige tip aan de slag te kunnen, is het natuurlijk handig om zicht te hebben op wat jouw talenten precies zijn. Je kan hier op verschillende manieren mee aan de slag. Een paar suggesties:

  • Start gedurende min. 3 weken een logboek en noteer van welke activiteiten je energie krijgt, wanneer je de tijd uit het oog verliest, enz. Na een week kijk je telkens even terug en probeer je patronen te detecteren.
  • Zoek een loopbaancoach die ook bedreven is in het voeren van talentgesprekken. Zoek iemand die een onderscheid maakt tussen talenten (je laadt jouw batterij op) en competenties die geen talenten zijn (je kan het goed, maar wordt er zelf niet blij van). Je zal je hierna nooit meer betrappen op uitspraken zoals: ‘ik heb geen echt talent’, zoals multipotentials zo vaak doen ;-).

Moe zijn is niet altijd een teken van burn-out of bore-out 

Het valt niet altijd haarfijn uit te leggen en toch snappen de meeste mensen wel wat je bedoelt als je zegt dat er een goede vermoeidheid bestaat en een slechte vermoeidheid. Misschien valt de goede versie wel nog het best te omschrijven als ‘moe maar voldaan’. Als er gepraat wordt over activiteiten die je energie opleveren, wordt hier dus vooral mentale energie mee bedoeld. En die kan je ook voelen als je uitgeteld in je zetel neerploft na een dagje klussen op de school van je kind bv.

Spelen en experimenteren

Probeer wat dingen uit vooraleer je echte engagementen aangaat. Geef jezelf de tijd om te ondervinden of iets werkt voor jou. Zo kom je ook jouw bezorgdheid tegemoet: blijkt het geen goede piste te zijn, dan kan je nog altijd terug. Maar meestal komt het hierop neer: je geeft jezelf de kans om terug te ervaren wat het is om op te gaan in een activiteit, betrokken te zijn én tegelijkertijd energie te krijgen. Deze aanpak is trouwens ook een aanrader voor al wie kampt met het ‘ik kan niet kiezen-syndroom’.

Een burn-out of bore-out voorkomen door te kijken naar de hele context

Om even terug te gaan naar het optimale energieniveau van daarnet: prikkels zijn alle dingen die tot jou komen op een dag, en daar horen dus ook bv. voeding en omgevingsfactoren bij. Ben je bang om overprikkeld te worden, breng dan eens alles in kaart. In wat soort omgeving vertoef je? Woon je in een drukke buurt, heb je een huis vol drukke kinderen, of staat de tv vaak op, enz.? Voor alle duidelijkheid: deze factoren zijn niet perse problematisch (noch altijd te controleren), maar ze maken wel deel uit van het geheel! Ook jouw voeding en slaapkwaliteit zijn hier van groot belang. Veel suikers nuttigen, of veel koffie drinken zijn evengoed factoren die jouw lichaam een zekere stress bezorgen. Mijn boodschap is niet om hier een obsessie van te maken. Breng het gewoon mee in rekening wanneer je op zoek gaat naar jouw ideale prikkelniveau, of jouw ‘sweet spot’, en bescherm jezelf niet allen voor een (nieuwe) burn-out , maar ook voor een bore-out.

Bore-out en hoogbegaafdheid

Er bestaan verschillende definities van hoogbegaafdheid, waardoor het moeilijk is om je hier een éénduidige beschrijving voor te schotelen. Belangrijk is om te weten dat het over meer gaat dan enkel ‘een hoog IQ’. Qua kenmerken gaat het o.a. over:

  • een hoofd dat vaak overloopt van ideeën, vragen en theorieën;
  • een grote leerhonger;
  • eigenzinnig en non-conformistisch;
  • een groot rechtvaardigheidsgevoel;
  • de lat hoog leggen;
  • intense emoties.

Multigetalenteerden hebben het potentieel om uit te blinken over (veel) verschillende domeinen. Ze hebben dus een divers pakket aan talenten die ze moeten kunnen inzetten om geboeid en gemotiveerd te blijven. En hoewel dit voor sommigen als een luxeprobleem klinkt, is dit voor een hoogbegaafde niet makkelijk om een context te vinden of te creëren die hen toelaat op deze manier geprikkeld te blijven. Het spreekt dus ook voor zich dat een hoogbegaafde die zichzelf ‘low profile’ houdt vanuit de bezorgdheden hierboven beschreven, nog meer kans maakt op een bore-out dan andere mensen.

Bore-out? Test jezelf

Met deze ‘Dutch boredom Scale‘ (Schaufeli ea, 2009) kan je nagaan of er bij jou sprake is van een bore-out. Je schaalt je in op de volgende stellingen, met cijfers van 0 (=nooit) tot 6 (= altijd).

  • Op het werk kruipt de tijd voorbij.
  • Ik verveel me op mijn werk.
  • Op mijn werk breng ik de tijd doelloos door.
  • Ik voel me rusteloos tijdens het werk.
  • Ik dagdroom tijdens mijn werk.
  • Als ik werk lijkt het of er geen einde aan de dag komt.
  • Ik heb de neiging om tijdens mijn werk andere dingen te doen.
  • Op mijn werk heb ik weinig om handen.

Interessante video’s over burn-out en bore-out

Frouke Vermeulen toont hier aan de hand van slides wat het verschil is tussen een kwantitatieve en kwalitatieve burn-out en een kwantitatieve en kwalitatieve bore-out.

In deze video doet expert hoogbegaafdheid Kathleen Venderickx, professor aan de UHasselt, uit de doeken waarom burn-out, bore-out of jobhoppen vaker voorkomt bij hoogbegaafden.

 

Extra tips voor een optimale energiebalans

Hoe zorg je voor een optimaal energieniveau? En hoe is het met jouw energiebalans gesteld? Schrijf je hieronder in en onze beste tips (en tool) komen jouw richting uit!